Mindfulness betekent: “Aandacht schenken aan wat zich voordoet in het heden, zonder erover te oordelen.”
Jon Kabat-Zinn noemt zeven kenmerken (pilaren) voor een goede basishouding die mindfulness bevorderend kunnen werken. Deze zeven pilaren staan niet los van elkaar maar overlappen en versterken elkaar wederzijds.
1. Niet oordelen
De gewoonte om onszelf en onze ervaringen voortdurend te beoordelen is zo sterk ingesleten dat we ons er nog nauwelijks van bewust zijn. Toch is deze neiging tot evalueren, vergelijken, be- en veroordelen een bron van innerlijke problemen en conflicten. Tijdens de beoefening van mindfulness is het de kunst om deze commentaren en oordelen zoveel mogelijk achterwege te laten en ons er zo min mogelijk door mee te laten nemen.
2. Geduld hebben
De drang naar snelle resultaten en oplossingen is een gevolg van onze conditionering en is een lastige valkuil die moeilijk te omzeilen is. De wirwar van gedachten en gevoelens die zich gewoonlijk in ons afspelen kun je niet van de ene op de andere dag omtoveren in een prettig gevoel. Geduld betekent dat je in eerste instantie de zaken kunt laten zijn zoals ze zijn en kunt zien zoals ze zijn. De wijsheid die in geduld besloten ligt is zich ervan bewust dat niets kan blijven zoals het is en dat alles voortdurend verandert, ook al zien we dat niet direct van het ene moment op het andere gebeuren. Op die manier kunnen we de tijd zijn werk laten doen en door het schenken van aandacht kunnen we de tijd misschien een handje helpen.
3. Altijd weer opnieuw beginnen
We hebben vrijwel altijd reeds voorgevormde opvattingen over wie we zijn en hoe we in elkaar zitten. Mindfulness betekent de bereidheid om alles wat we reeds menen te weten aan de kant te zetten en ieder moment volledig overnieuw te beginnen. Ook wanneer we dagen of weken lang niet hebben geoefend kan de gedachte ontstaan dat we het net zo goed helemaal kunnen laten zitten omdat het nu toch geen zin meer heeft. Niets is minder waar. Juist in omstandigheden die moeilijk zijn, juist wanneer we de moed dreigen te verliezen, juist wanneer gevoelens van hopeloosheid of onverschilligheid zich van ons meester dreigen te maken loont het de moeite om een nieuw begin te maken met oefenen.
4. Vertrouwen
Vaak hebben we in onze opvoeding geleerd om onze aandacht naar buiten te richten en te vertrouwen op wat anderen ons te zeggen hadden. We zijn meestal niet gewend om onze aandacht naar binnen te richten en te vertrouwen op signalen die van binnenuit komen. Sommige oefeningen kunnen soms pijnlijk, saai of zelfs irritant zijn. De motivatie om een dergelijke oefening toch te doen kunnen we alleen opbrengen indien we erop vertrouwen dat de richting van het proces dat in gang wordt gezet positief is. Het vertrouwen in het zelfhelende vermogen van ons eigen organisme kan geleidelijk groeien wanneer we met aandacht en toewijding oefenen. Zo kan er vertrouwen ontstaan in een andere manier van zijn en waarnemen.
5. Niet streven (niets willen bereiken)
Meditatie is de kunst van het niets doen, of de kunst van het niet doen. Er is een automatische tendens in ons bewustzijn aanwezig om dat wat zich voordoet te vergelijken met wat we wenselijk vinden. De tendens om onszelf te willen veranderen en verbeteren is bijna altijd onmerkbaar maar tevens op hardnekkige wijze aanwezig. Wanneer je gaat zitten met het idee “ik ga nu mediteren zodat ik straks volkomen ontspannen zal zijn” kun je er zeker van zijn dat je gefrustreerd zult raken. De gedachte “ik moet ontspannen” is een bron van spanning en onrust op zich.
6. Acceptatie
Acceptatie is iets anders dan goedkeuring. We kunnen een onaangename waarheid accepteren zonder er blij mee te zijn. Het soort neutrale observeren en waarnemen waar het bij mindfulness om draait staat volledig los van goed- of afkeuring. Een goed voorbeeld is pijn, een gegeven waar we vroeg of laat allemaal last van hebben. Indien zich fysieke pijn aandient tijdens het mediteren is het de kunst om die in zoverre te accepteren dat je haar waarneemt zonder haar te willen wegdrukken, zonder er commentaar op te hebben, zonder er een oordeel aan te verbinden. Dat wil niet zeggen dat je blij bent met de pijn. Het wil ook niet zeggen dat je niet even van houding kunt veranderen om bijv. een verkrampte spier wat de ruimte te geven. Maar de waarneming ervan krijgt wel een andere kwaliteit. Het verzet ertegen neemt af. En dan kunnen we soms ontdekken dat een gedeelte van het probleem met pijn bestaat uit de neiging om de pijn te willen wegdrukken of vermijden. Maar soms kunnen het ook bepaalde gedachten of gevoelens zijn die we niet willen accepteren. Het gaat om de bereidheid om de dingen te zien zoals ze zijn.
7. Loslaten
Onze geest wil vast blijven houden aan ervaringen die prettig zijn. Wanneer we een prettige of bijzondere ervaring hebben gehad ontstaat er al snel een neiging om die ervaring te willen herhalen. Dit is gegarandeerd een bron van frustratie, aangezien ervaringen zich niet laten herhalen. Iedere ervaring is namelijk uniek. Maar het kan ook gebeuren dat onze geest juist blijft vasthouden aan negatieve ervaringen en gevoelens: een ervaring van gekrenktheid, de behoefte aan wraak of vergelding of het idee ergens slachtoffer van te zijn. Vanzelfsprekend zijn er dan andere aspecten die toch belonend werken. Iedere nacht wanneer we gaan slapen moeten we de dag loslaten. Indien we dat niet doen kunnen we niet in slaap vallen en is dat het eerste signaal van toegenomen stress. Als we onszelf dwingen om in slaap te vallen (dus de grip op onze geest versterken), dan maakt dit het probleem alleen maar erger. Loslaten is een subtiele kunst die dagelijkse oefening vereist.
Informatie
Wil je meer weten over mindfulness of heb je vragen over mindfulness in combinatie met hardlopen of wandelen, vraag dan naar de mogelijkheden.
Een opleiding bij MROI opleidingen en trainingen om te werken met de MR-Methode haalt meer uit jezelf. Je ontwikkelt zelfbewustzijn, ontdekt nieuwe keuzemogelijkheden en werkt aan balans in lichaam en geest. En dit kun jij weer doorgeven in je werk.